Recentelijk bevond ik mij in een droom op de bovenverdieping van een huis. Ik stond boven aan de trap op een kleine zolder. Recht voor mij stond een bed; ik keek tegen het lange eind van het bed aan dat tegen de muur tegenover mij stond. Tussen dit bed en de trap was een hele kleine en smalle ruimte.
Ik wist in de droom dat er meer kamers waren, over de volle breedte van het huis of zelfs over meer huizen, maar ik kon daar niet komen. Ik deed pogingen om een opening te zoeken of te maken in het kleine halletje, maar dat lukte niet. Er was gewoon geen opening te vinden en als ik er zelf een zou maken in de muur links van mij, dan was er geen ruimte om daar naar binnen te gaan. Kortom: ik stond ‘klem’.
Toen ineens zag ik tot mijn verrassing een andere optie: boven het bed was een rechthoekige opening waardoor licht naar binnen viel. Het was een vrij breed maar niet zo heel hoog raam dat hoog in de muur achter het bed zat. Maar je kon er niet zo bijkomen. Vervolgens was er ineens een ladder die tot het raam reikte, waardoor ik via dat raam naar buiten kon gaan. Het was een oplossing die ik zelf niet had bedacht en gevonden en was er erg blij mee. Ik had in de droom heel duidelijk de indruk dat God deze ‘vluchtroute’ had gecreëerd en mij daarop wees.
Ik ging door die opening heen en bevond mij vervolgens in een enorm grote ruimte, met inderdaad heel veel kamers, waarnaar ik ook had gezocht. Ik liep hier rond om te ontdekken. In één van de kamers zag ik een soort van muziekkorps dat speelde; het deed me denken aan het Leger des Heils.
Ik had in de droom heel duidelijk de indruk dat God deze ‘vluchtroute’ had gecreëerd en mij daarop wees.
Hierna volgde een tweede droom, die hier aanvankelijk los van leek te staan. In deze droom liep een man met een kentekenplaat onder zijn arm door de straat. Hij was een soort van ‘(milieu?)activist’ en was op zoek naar de eigenaar van de auto waar de kentekenplaat bij hoorde. Hij liep de opritten van de huizen in de straat op en ging de woningen en de garages binnen en keek daar rond. En dan ontdekt hij dat de kentekenplaat bij de auto van zijn naaste buurman hoort. Deze buurman was iemand die hoorde bij een ’tegenpartij’, die dus streed voor tegengestelde belangen dan deze ‘activist’ en ik vroeg me in de droom af of de eigenaar de kentekenplaat bewust van zijn auto had gehaald uit angst, om te voorkomen dat hij zou worden gevonden/ontdekt.
Betekenissen:
Droom 1
De algehele setting van de eerste droom geeft aan dat ik ‘vast zit’ (op zolder) en op eigen kracht daar niet weg kan komen. Maar dat God een mogelijkheid zal aanreiken naar meer ruimte, een nieuw gebied om te ontdekken.
De zolder representeert volgens mij dat ‘de top’ van het menselijk kunnen is bereikt en dat er zonder hulp ‘van Boven’ geen uitkomst is. Een bed staat voor rust en intimiteit; ik heb de indruk dat God hiermee wil aangeven dat er een oplossing komt als je in de rust (met Hem) bent en je een intieme relatie met Hem hebt. Het raam staat voor een bijzondere kans/gelegenheid (opening). Omdat het hoog in de muur zat en er licht doorheen scheen, geeft het mij de indruk dat dit van God komt. In relatie tot het bed dat daaronder stond, verwijst het volgens mij naar Goddelijke openbaring in dromen/visioenen (in de nacht/rust).
De ladder doet me denken aan de Jacobsladder (Genesis 28), waarop engelen neerdaalden en opstegen in een droom die Jacob kreeg. Hij noemde die plaats vervolgens ‘het Huis van God’ (Betel). Het muziekkorps van het ‘Leger des Heils’ zou een verwijzing kunnen zijn naar de heiligen, zij die ‘verlost’ zijn door Christus. Heil betekent immers: redding, zaligheid, verlossing, behoudenis.
In dit licht zou deze droom kunnen verwijzen naar de Hemel of het Koninkrijk van God, waarvan Jezus zei dat het een Huis is met vele kamers (woningen). Hier kunnen zij ingaan, die door Zijn verzoenend offer zijn vrijgekocht (Johannes 14:2-3).
Droom 2
In de tweede droom staat het kenteken centraal. Ik heb de indruk dat dit verwijst naar ‘herkennen’ en ‘identiteit’. Een kenteken is uniek en als je dit (online) opzoekt, kun je achterhalen bij welk automerk en model dit hoort en geeft zelfs de ‘kleur’ van de auto aan. Hierin proef ik een parallel met de ‘activist’ en zijn buurman die het tegenovergestelde gelooft; beiden hebben een andere ‘identiteit’. Dit roept bij mij associaties op met het ’teken van het beest’ uit Openbaring 13 en het herkennen van de ‘antichrist’ (tegenovergesteld aan Christus). Dit beest heeft een kenmerk/getal wat de gelovigen niet dragen. Dit getal kan berekend worden en vraagt scherpzinnigheid.
Hoe herkennen we het beest? Het beest lastert God en Zijn huis en hen die bij Hem (in de hemel) wonen. Het heeft macht gekregen van de draak die jaagt op hen die de geboden van God houden en het getuigenis van Jezus trouw bewaren (Openbaring 12). Bovendien zal het beest oorlog voeren met de heiligen. Dit lijkt aan te sluiten bij de eerste droom (Huis van God) en het Leger des Heils (gelovigen); ik vermoed dan ook dat beide dromen bij elkaar horen.
En de troost zit hierin: als je je in het nauw gedreven voelt, dan wijst God een uitweg!
Beluister ook eens dit lied: When God closes a door, He opens a window.