Afgelopen weekend kreeg ik opnieuw een droom die, net als de twee daaraan voorafgaand, zich afspeelde in een huis en te maken had met ‘vreemde geesten’.
In deze laatste droom van 3 dromen die met elkaar in verband lijken te staan, bevond ik mij in een oud, groot, stijlvol pand met meerdere kamers. Ik had de indruk dat ik een nieuwe bewoner was en dat ik de ruimte probeerde in te richten. Er stonden echter (nog?) veel ‘antieke’ meubels in die ik op hun plaats liet staan omdat ze op zich ook heel mooi waren en zo goed bij het huis pasten. Maar hierdoor bleef er niet veel ruimte over om te wonen en te leven voor mijn kinderen en mij. Bovendien liepen er ineens mensen binnen, alsof het een soort van ‘winkel’ was. Mijn man was er overigens (nog) niet; ik had de indruk dat wij het huis klaarmaakten voor zijn komst.
Voedsel uitdelen
Vervolgens ‘zag’ ik een ander tafereel: Ik deelde voedsel uit en stopte dat in een broekspijp van iemand, wat vervolgens werd gepakt door een hond. Een man naast mij vroeg mij wat dit opleverde financieel, wat de handelswaarde daarvan was. Daarop reageerde zijn vrouw furieus op zijn interesse in (of: liefde voor) handel en geld verdienen daarmee. Omdat we op dat moment naar een spreker luisterden, had ik het vermoeden dat we in een soort van kerkdienst waren en antwoordde hen dat ik er op een later tijdstip wel even met hen hierover wilde praten.
Tenslotte verscheen er in mijn droom een vroegere vriendin uit de kerk. Ze wilde bij mij langskomen, maar ik wilde afbellen. Op datzelfde moment echter, belde ze aan en ik liep naar de deur. Ik begon ineens te niezen en tegen de tijd dat ik de deur opende was ik al zwaar verkouden. Dit ging allemaal heel erg snel. Toen ik haar vertelde dat ze dus niet binnen kon komen, wilde ze aanvankelijk afstand houden, maar besloot me toch te knuffelen.
Betekenissen
Het huis van de droom deed me denken aan een paleis. Omdat we wachtten op de komst van mijn man, heb ik de indruk dat dit refereert aan de wederkomst van Jezus. In dat licht lijkt deze droom opnieuw een verwijzing naar het huisgezin van God (de Gemeente) te zijn, die zich klaarmaakt voor Zijn komst.
In dat ‘nieuwe’ (eigenlijk ‘oude’) pand dat vrij toegankelijk bleek te zijn voor ‘klanten’ of ‘passanten’, staan de grote antieke meubels echter in de weg. Dit roept bij mij associaties op met kerkelijke rituelen en gebruiken, die in het verleden functioneel zijn geweest, maar die nu teveel aandacht en ruimte opeisen om er voor de mensen te zijn.
Dit roept bij mij associaties op met kerkelijke rituelen en gebruiken, die in het verleden functioneel zijn geweest, maar die nu teveel aandacht en ruimte opeisen om er voor de mensen te zijn.
Honden
Het tweede deel van de droom verwijst volgens mij naar het uitdelen van geestelijk voedsel, zoals de dromen en beelden die ik krijg. Dit gebeurt niet ‘op het podium van de kerk’, zoals de setting van de droom, maar ik ‘deel’ het uit onder de mensen, zoals bijvoorbeeld op Facebook of deze website. Hierdoor kunnen ook ‘honden’ ervan mee-eten; ik weet tenslotte niet wie de berichten allemaal lezen. Dit doet mij denken aan de kruimels die van de tafel vallen in Markus 7:27-28.
Verdienmodel
De man die interesse toonde in het ‘verdienmodel’ van dit ‘geestelijke voedsel’, is dezelfde persoon als degene die in de droom van de slang in de kerk naar voren kwam en waarbij ik de woorden ‘demonstratie, manifestatie en show’ kreeg. Vanwege de reactie van zijn vrouw, krijg ik de indruk dat dit verwijst naar verkeerde motieven van mensen bij het willen hebben van geestelijke gaven: ze zijn meer gericht op zichzelf (‘indruk’ en ‘winst’ maken), in plaats van dienen en (uit)delen. Dit roept associaties op met Simon de tovenaar uit Handelingen 8. Ik proef hierin ook een bevestiging van het eerdere deel van de droom.
Het slot van mijn droom betreft een vriendin waarmee de vriendschap bekoeld is, omdat ze de profetische woorden die ik een jaar geleden voor haar en haar man kreeg, verworpen heeft, hoewel ze zelf ook vaak profetische woorden kreeg. In deze droom zoekt ze weer toenadering, verzoening, maar ik kan haar nu niet meer binnen laten, omdat ik besmettelijk ziek geworden ben. Desondanks knuffelt ze mij en loopt ze dus het risico zelf ook ziek te worden. Of deze besmettelijkheid dan positief (geestelijke gaven) of negatief (ziekte) uitgelegd moet worden, is mij nu nog niet helemaal duidelijk.
Concluderend denk ik dat de droom aangeeft dat ‘de kerk’ aan het veranderen is in vorm en plaats en dat God ons oproept om kritisch naar kerkelijke tradities te kijken of ze (nog) wel functioneel zijn, maar ook om kritisch te kijken naar de motieven van mensen en eventuele ‘verkeerde geesten’ die daarachter schuil (kunnen) gaan.
© Manna Meditatie
Lees ook: